Vanaf de jaren tachtig maakte Barendrecht een snelle groei door: nieuwe wijken schoten uit de grond, voorzieningen breidden uit en de gemeente werkte hard aan een eigen identiteit. In dat klimaat ontstond het idee voor een modern cultureel hart, een plek die meer moest zijn dan alleen een zaal met stoelen. Toen Theater Het Kruispunt in 1994 de deuren opende, voelde het dan ook als een mijlpaal. Eindelijk had Barendrecht een podium dat paste bij die ambitieuze, bruisende tijd.
Het Kruispunt werd al snel het culturele paradepaardje van de gemeente. Het moderne gebouw straalde vooruitgang uit en liet zien dat Barendrecht meer was dan een forensendorp. Jarenlang trok het theater volle zalen, bood het een brede programmering en gaf het inwoners iets om trots op te zijn.
Maar de wereld veranderde. Digitalisering, nieuwe vormen van vrijetijdsbesteding en landelijke bezuinigingen zetten theaters in middelgrote gemeenten steeds meer onder druk. Ook Het Kruispunt kreeg hiermee te maken. En tijdens de coronapandemie werd die kwetsbaarheid nog duidelijker: het publiek kwam langzaam terug, terwijl de exploitatie een groeiend hoofdpijndossier werd.
De samenvoeging (transformatie 2016) van theater, bibliotheek en cultureel centrum moest het gebouw de afgelopen jaren nieuw leven inblazen en meer bezoekers trekken. Toch blijft de vraag of Het Kruispunt nog dezelfde betekenis heeft als in de jaren negentig, toen investeren in cultuur vanzelfsprekend voelde en het theater symbool stond voor ambitie.
Zo bevindt Het Kruispunt zich nu in figuurlijke zin zelf op een kruispunt. Het weerspiegelt hoe Barendrecht veranderde én hoe er tegenwoordig anders naar cultuur wordt gekeken. Wat ooit een hoopvolle belofte was, is nu onderwerp van debat. De toekomst van Het Kruispunt hangt af van welke visie uiteindelijk de boventoon voert.