Het was vrijdag Nationale Voetbaldag en om die reden bracht de selectie van het Nederlands elftal een ode aan het amateurvoetbal. Op de training van vrijdag, in aanloop naar de wedstrijd tegen Polen, droeg iedere speler het shirt van zijn eerste amateurclub. Denzel Dumfries droeg uiteraard het shirt van Smitshoek, waar hij zijn loopbaan begon.

Hij was al 17 toen hij bij vv Smitshoek vertrok. Om op die leeftijd nog het profvoetbal te halen, was niet eenvoudig. Marcel van den Eijnden, bestuurslid commerciële zaken bij Smitshoek, zag dit ook niet aankomen: “Hij zei altijd dat hij profvoetballer zou worden. Niemand geloofde dit, behalve hijzelf.”

“Excelsior en Feyenoord hebben hem gezien, maar ze vonden hem niet goed genoeg. Vandaar dat hij nog zo lang bij ons speelde”, stelt van den Einden. “Pas op zeventien jarige leeftijd vertrok hij naar Barendrecht, waar hij niet verder kwam dan de A2. Een jaar later vertrok hij naar Sparta, waar hij wel eerst nog een profcontract moest verdienen.” 

Na meerdere jaren in de Eredivisie heeft de verdediger een toptransfer naar Italië verdiend. Dumfries bestrijkt de rechterflank in het shirt van Inter. Hij staat inmiddels standaard in de basisopstelling van het Nederlands elftal. Dumfries speelde tot nu toe 33 duels in Oranje. 

Toch vergeetDumfries niet waar hij vandaan komt: “We hebben de kantine kunnen verbouwen van de inkomsten van de transfers”, vertelt Van den Eijnden.” Denzel was bij de opening. Dat was top, zeker voor de jeugd om te zien dat hij van deze club komt.”