Er is nog steeds geen oplossing voor het voornemen van Vestia om in Barendrecht zo'n 70 procent van het aanbod van sociale huurwoningen aan het bezit te onttrekken. Wethouder Proos schrijft in een brief aan de Barendrechtse raad dat hij zich zorgen maakt om de situatie. Vestia wil in zes gemeenten 10 duizend sociale huurwoningen afstoten om zichzelf uit de noodlijdende situatie te kunnen redden. Als de plannen doorgaan worden in Barendrecht 626 van de 894 sociale huurwoningen onttrokken aan de Vestia-voorraad. 

Wethouder Proos en vijf collega-wethouders hebben hebben maandagmiddag in de Tweede Kamer hun zorgen geuit over de voorgenomen verkoop. ''Hiermee hebben we opnieuw een signaal afgegeven dat het ministerie een bijdrage moet leveren om het Vestia-bezit sociaal te houden. Ook hebben we verzocht om de ingezette liberalisering in ieder geval gedurende de onderhandelingsperiode te bevriezen zodat er, in het geval van Barendrecht, niet jaarlijks circa 45 woningen door mutatie aan de sociale voorraad worden onttrokken. Op 11 november a.s. wordt de begroting wonen in de Tweede Kamer behandeld. Door het bezoek aan de Tweede Kamer is de hoop erop gericht dat er partijen zijn die zich inzetten voor een goede oplossing van de Vestia-problematiek'', schrijft Proos.

Ook een stap naar de rechter biedt tot nu toe geen oplossing: De zitting heeft in augustus plaatsgevonden. De uitspraak zou zes weken later volgen maar is ondertussen met zes weken verdaagd tot uiterlijk circa medio november. Mocht de rechtbank Vestia in het gelijk stellen dan zijn de zes maatwerkgemeenten, waaronder Barendrecht, voornemens om in hoger beroep te gaan tegen die uitspraak.  

''Ik maak me dan ook nog steeds zorgen over het verloop van het proces en doe er alles aan om, in goed overleg met mijn collegaportefeuillehouders wonen van de overige maatwerkgemeenten, tot een oplossing te komen'', aldus Proos.