Peter Luijendijk: Corona zorgt voor uitdagingen in onderwijs

8 April 2021, 12:43 uur
Lokaal
mainImage
Ingezonden
Peter Luijendijk.

Anderhalvemetersamenleving, blokjesverjaardag, intelligente lockdown, raamvisite, hoestschaamte: het zijn allemaal woorden die samen met het coronavirus hun intrede deden. Waar we na de uitbraak van de pandemie misschien nog dachten er in hooguit enkele maanden vanaf te zijn, weten we inmiddels wel beter. In deze interviewserie vertellen wethouders welke ontwikkelingen en uitdagingen zij zien binnen hun portefeuille. Deze week is het woord aan wethouder Peter Luijendijk. Hij is binnen de gemeente verantwoordelijk voor onderwijs en –huisvesting, ruimtelijke ordening, vergunningen WABO en verkeer en vervoer.

Corona zorgt voor veel uitdagingen. Ook in het onderwijs. “Het vraagt veel veerkracht van zowel leerlingen als leraren. Toen scholen de eerste keer gedwongen dicht moesten blijven, is er in korte tijd veel op poten gezet om aangepaste lesprogramma’s en online lessen aan te bieden. Dat maakte het tijdens de tweede periode van sluiting iets makkelijker.” Met de nadruk op íets, want bij elkaar komen in een klaslokaal heeft toch echt veel meer voordelen. “Kinderen die makkelijk meehobbelen, missen vooral de sociale contacten. Voor kinderen die normaal op school extra aandacht en ondersteuning nodig hebben, is de kans op leerachterstanden fors. De kloof wordt steeds groter. Dat is zorgwekkend.”

Sociale leven

Luijendijk denkt dat pubers op het voortgezet onderwijs het over het algemeen nog lastiger hebben met de coronamaatregelen dan kinderen op de basisschool. “Die eerste groep mist het sociale leven een stuk meer. Ze kunnen veel minder naar school, missen hun vrienden, bijbaantjes en gezelligheid. Dat is niet eenvoudig. Laten we hopen dat het komende schooljaar weer normaal kan verlopen.” Wat misschien als normaal werd gezien, maar ook veel inspanning vergde was het opzetten van de noodopvang toen scholen volledig gesloten waren. “Alle pedagogisch medewerkers wil ik een groot compliment geven. Zij hebben er toch maar mooi voor gezorgd dat kinderen met ouders in cruciale beroepen en kinderen met een moeilijke thuissituatie op locatie konden blijven leren.”

Openbaar vervoer

Als het gaat om verkeer en vervoer ligt de grootste zorg bij het openbaar vervoer. “Sinds corona is het veel rustiger in treinen, bussen en trams. Ik schat in dat het aantal reizigers meer dan gehalveerd is. Zorgwekkend, want we willen dat het openbaar vervoer betaalbaar, toegankelijk en aantrekkelijk blijft voor iedereen. Helaas rijden bepaalde lijnen, vanwege het wegvallen van reizigers en de bijbehorende dalende inkomsten, nu minder vaak. De voorspelling is dat, ook vanwege thuiswerken dat steeds normaler is geworden, het tot 2025 duurt voordat het aantal reizigers weer op het niveau van voor de pandemie is. Het zou niet wenselijk zijn om de komende jaren lijnen te schrappen. Veel leerlingen gebruiken het openbaar vervoer immers ook om eenvoudig van en naar school te reizen. Die voorzieningen willen we graag in stand houden.”