Ten minste zevenhonderd dakloze arbeidsmigranten zijn vorig jaar geholpen met een terugkeer naar onder andere Polen, Roemenië en Bulgarije. Nederlandse steden proberen zo het aantal daklozen te verminderen - wat relatief goed lijkt te werken. Toch aarzelt het kabinet om de aanpak door te zetten, meldt Trouw.

De afgelopen jaren zijn steeds meer arbeidsmigranten uit de Europese Unie in Nederland op straat beland. Inmiddels gaat het om ongeveer tienduizend mensen, aldus de meest recente schatting van vakbond CNV en het Leger des Heils.

Pogingen om daar iets tegen te doen, blijken meestal vruchteloos. Lokale initiatieven om arbeidsmigranten op te vangen of te beschermen tegen uitbuiting door werkgevers en uitzendbureaus, hebben de toename niet gestuit. In veel dorpen en steden worden arbeidsmigranten nog steeds uit de overvolle opvanglocaties geweerd. En ondertussen zien boswachters een toename van het aantal daklozen in de natuur.

Sinds vorig jaar proberen hulpverleners in Venlo, Rotterdam, Eindhoven, Den Haag, Amsterdam en Utrecht daarom iets anders. Ze vragen dakloze arbeidsmigranten of ze terug naar hun thuisland willen. Vrijwillig en zonder verdere verplichtingen. Een bus- of treinkaartje is zo gekocht, dachten de gemeenten. En voor sommige arbeidsmigranten is het misschien de beste manier om hun leven terug te krijgen.