Handel helft van de informatieverzoeken op tijd af, zegt de Kamer

12 March 2024, 20:52 uur
Landelijk
mainImage
ANP

Ministeries en andere landelijke overheidsorganisaties moeten minimaal de helft van de informatieverzoeken die ze ontvangen op tijd beantwoorden, vindt een meerderheid van de Tweede Kamer. Vorig jaar duurde het gemiddeld 172 dagen voordat bijvoorbeeld burgers en journalisten een antwoord kregen, terwijl de maximale wettelijke termijn 42 dagen is. In ruim vier op de vijf gevallen kwam het antwoord te laat, meldden onderzoekers van het Instituut Maatschappelijke Innovatie (IMI), de Open State Foundation en de Universiteit van Amsterdam (UvA) eerder.

Sandra Palmen van NSC vindt het niet kunnen dat de overheid al jaren te laat reageert als mensen vragen om gegevens door een beroep te doen op de Wet open overheid (Woo). "Terwijl de overheid zelf van burgers verwacht dat zij zich aan allerlei door de overheid gestelde termijnen houden", schrijft ze in haar motie die is gesteund door een Kamermeerderheid.

Burgers, journalisten, bedrijven en maatschappelijke organisaties dienen Woo-verzoeken in om te achterhalen hoe ministeries en andere overheidsorganisaties hun besluiten hebben genomen. Zij kunnen bijvoorbeeld vragen om e-mails en gespreksverslagen in te zien. Ministeries hebben veel tijd nodig om de informatie te verzamelen en te bepalen welke gegevens openbaar mogen worden gemaakt.

Mensen kunnen naar de rechter stappen als ze lang hebben gewacht op een informatieverzoek. Die kan de betreffende overheidsorganisatie vervolgens een dwangsom opleggen die dagelijks moet worden betaald als de gevraagde informatie niet voor een vastgestelde datum wordt geleverd. In februari bleek uit een analyse van het ANP dat het ministerie van Volksgezondheid maandelijks duizenden euro's betaalt, omdat het weigert informatie over de coronapandemie te leveren.
 

 


Door: ANP