Godfried Jan Arnold Bomans (Den Haag, 2 maart 1913 – Bloemendaal, 22 december 1971) was een mediapersoonlijkheid en bovenal een fabuleus schrijver. De beste die we ooit hebben gehad in het Nederlands taalgebied, wat mij betreft, met Marten Toonder en Lennaert Nijgh in zijn kielzog. Bomans had een woordkeuze die onnavolgbaar en uniek was, en voortdurend op de lachspieren werkte. Nog steeds trouwens. Ben ik somber, neerslachtig of heb ik de pest in? Ik pak een Bomans en zit binnen een halve minuut zachtjes te grinniken. Zijn complete oeuvre staat bij mij op de plank, dus als u in de buurt bent…?
Zijn door mij meest gelezen werk is de verzamelbundel ‘Adviezen van een oude rot & ander sportief proza’. Daarin staat het op 30 november 1946 voor het eerst gepubliceerde verhaal ‘Engeland-Nederland’, zijn (fictieve) getuigenis van een in Huddersfield gespeelde interland. In ons elftal doen onder anderen Slobberhagen, Bakbuik, Zwaan, Wittebol en, jazeker, ene Kruyff mee. Repeterend element in het verslag van Bomans is dat onze landgenoten Piemkes en Siemkes gedurende het duel vijfmaal om tactische redenen van plaats worden gewisseld. Ook van belang: er is een Nederlandse scheidsrechter, Spinhoofd, in die tijden geen uitzondering bij vriendschappelijke ontmoetingen.
Wat maakt het verhaal zo bijzonder en wishful thinking te projecteren op het huidige Europese Kampioenschap? Nederland wint! We komen met 2-0 voor door Stieltjes en Pollema, maar nog voor de pauze staan de Britten op gelijke hoogte. Bij de Engelse goals treft onze doelman Peters geen blaam: ‘Drie corners weet hij, vallende, met zijn eigen buik op te vangen, maar dan is er geen houden meer aan,’ schrijft Bomans, ‘met bal en al wordt de beklagenswaardige man door het net geschoten, waar de mannen der EHBO wel raad met hem weten.’
In de tweede helft wordt het een nog bloediger slagveld. Na een lange indrukwekkende solo, helaas in de verkeerde richting, schiet Knekelbast de bal in eigen doel (3-2). Gelukkig maakt Rolhagen 3-3, maar, schrijft Bomans: ‘Het been waarmee Rolhagen dit historische doelpunt gemaakt heeft, is uit de kom geschoten en ligt achter de doellijn. De dappere kerel wil doorspelen doch moet op medisch advies van verdere deelneming afzien.’ En even later over de Engelse doelman Swift die een hard schot met het hoofd tegenhield: ‘Swifts hoofd is finaal van de romp afgeschoten en ligt in het zijnet. Ook hij wil doorspelen, doch zwichtend voor de aandrang zijner vrienden die van mening zijn dat hij in deze toestand zijn hoofd bezwaarlijk bij het spel kan houden, verlaat hij het veld.’
Dan de ontknoping, de slotfase van deze gedenkwaardige Engeland-Nederland. Bomans getuigt: ‘En dan zien wij – onvergetelijke aanblik – Siemkes snel een eind hout uit zijn zak halen, er een der Engelse backs de hersens mee inslaan, daarna de keeper een klap op het hoofd geven en vervolgens de bal rustig in de touwen schieten.’ En de grootste verrassing: ‘Nu blijkt duidelijk het voordeel van een Nederlandse arbiter: hij heeft niets gezien. Onverbiddelijk wijst hij naar de middenstip en fluit meteen daarna het eindsignaal.’
Of Nederland woensdag weer met 4-3 van Engeland gaat winnen? Ik acht het niet ondenkbaar. In alle rust ga ik me op de wedstrijd voorbereiden. In de tuin, want het schijnt eindelijk zomer te worden. Ik wens u een prettige wedstrijd.
En mocht Nederland verliezen, dan verzoek ik u zich tijdelijk te verlagen tot beesten. U zet uw verstand op nul en gaat de binnenstad in. Daar vernielt u alles wat maar te vernielen valt. Haalt klinkers uit de straten en gooit die zo hard mogelijk naar de ME. Intussen trekt u uw arsenaal aan scheldwoorden tevoorschijn, mengt die met de ongeneeslijke ziektes die u kent. Laat zien en horen hoe geweldig barbaars u bent. En schaam u niet. Er is zelfs een Tweede Kamerpoliticus, die perfide paljas van Denk, die ‘Wen d’r maar aan’ zegt en vindt en vooral denkt dat dit normaal is. Maar geen probleem, in de democratie Nederland mag anno 2024 namelijk alles.