Gerard Cox weer even 'lekker' Jaap Kooijman

3 July 2018, 20:45 uur
Algemeen
mainImage
Digitaal Dagblad
Afbeelding is niet meer beschikbaar

Cabaretier Gerard Cox (78), die in september van dit jaar terugkeert op tv met Beter laat dan nooit, heeft gisteren in het dagblad De Volkskrant eens haarfijn uitgelegd waarom hij al meer dan veertig jaar in alle rust in de Hoeksewaard woont en brak met de belofte aan zichzelf om ooit op oudere leeftijd weer op Zuid terug te keren. Want op Zuid werd Cox geboren, vlak voor de oorlog. Op de Bree.

‘’Als jongen bracht ik in Rotterdam-Zuid driehonderd kranten rond. De Maasbode, een katholiek dagblad. In die buurt woont geen Nederlander meer, laat staan een katholieke. Naar mijn overtuiging zijn de Nederlanders die daar woonden in de steek gelaten. Zij mochten de multiculturele samenleving uitvinden. En nu kunnen we er niet meer over praten. Je wordt meteen uitgemaakt voor racist.’’

‘Een jaar geleden stond de hele misjpooche hier op de Erasmusbrug omdat er iets was gebeurd in Turkije. Kinderen van 16 zeiden: Erdogan is onze leider. Ik weet niet of ze zich trots voelen een Rotterdammer te zijn. Wat krijgen ze te horen in de moskee, behalve dat wij christenhonden zijn? Die dubbele nationaliteit, daar begrijp ik ook niets van. Je bent dit of dat, je kunt niet allebei zijn.’

Waarom niet?

‘Daarom niet.’

En dat de Volkskrant niet kinderachtig is met zelfkritiek blijkt als Cox de krant zelf aanvalt. Ook dat wordt keurig gepubliceerd. ‘’Ik lees al zeventig jaar de Volkskrant. Mijn vader was een katholieke arbeider en het is gewoon de beste krant. Maar de Mokumse arrogantie die eruit opstijgt als een pislucht, dat is verschrikkelijk. In Rotterdam hebben wij de finish van de Roparun, een estafette vanuit Parijs voor het goede doel. Honderdduizenden mensen langs de kant. In de Volkskrant heb ik daar nog nooit iets over gelezen. Maar als in Amsterdam tien bootjes met versierde nichten door de gracht varen, staat het op de voorpagina. Alle kranten zitten daar nu. Die geschifte Belg is met de Nieuwe Rotterdamsche Courant na tweehonderd jaar verhuisd naar het Rokin. Hij wilde tussen zijn lezers zitten, zei hij nog.''